Je lerares ontlopen?

The teacher, een Tsjechische film, gaat, zoals verwacht, over een lerares in het Tsjechoslowakije van de jaren 80. 1983, een jaar dat het IJzeren Gordijn en de Communistische partij nog stevig stonden.

‘The teacher’ heeft een hoge functie in de Communistische partij en een zus in Moskou. Dit geeft haar macht, veel macht. Om hier zoveel mogelijk van te profiteren vraagt zij aan het begin van het schooljaar aan alle leerlingen in de klas of zij hun naam willen noemen en ook willen vertellen wat voor werk hun ouders doen. De lerares kan zo bepalen wie wat voor haar kan betekenen. Voor de ene ouder is de vraag haalbaar, voor de andere ouder niet. De ouders die niet kunnen voldoen aan de vraag, bieden iets vaak anders aan, in de hoop dat dat genoeg is. Zo niet, is de sanctie heftig. De kinderen zijn de dupe, die krijgen slechte cijfers en geen mogelijkheid om dit weer in te halen, met soms desastreuze gevolgen.
De gevoelens van machteloosheid van de ouders en kinderen zijn voelbaar.

Een indrukwekkende film.

Machteloosheid

Gevoelens van machteloosheid werken verlammend. Handelen vanuit machteloosheid, is lastig.
Dat zie je ook bij mensen in een conflict. Als je je machteloos voelt, onderneem je geen actie en ga je de confrontatie niet aan. Je ziet de andere partij vaak als groot, machtig en onredelijk en jezelf als klein.  En dan is een confrontatie een (te) grote stap.
In zo’n situatie is ontlopen de voor de hand liggende strategie.
En als het een soortgelijk geval als ‘the teacher’ betreft, heb je hartstikke gelijk.

Deze gevoelens zijn ook nuttig

Sommige gevechten kun je niet winnen, dan is het het beste om de schade zoveel mogelijk te beperken. De gevoelens van machteloosheid ondersteunen de strategie van het ontlopen. Doordat je je klein maakt, beperk je je gezichtsverlies zo veel mogelijk. Ontlopen is een van de manier waarop je met conflicten kunt omgaan. Als je ontloopt heb je geen oog voor je eigen belangen en ook geen oog voor de belangen van de ander.

Er zijn vier conflictstijlen (Hugo Prein)

Behalve ontlopen (geen oog voor het eigen belang en geen oog voor het belang van de ander) kennen we nog drie andere stijlen:
Forceren: oog voor het eigen belang maar geen oog voor het belang van de ander.
Confronteren: oog voor zowel het eigen belang als het belang voor de ander.
Toedekken: geen oog voor het eigen belang, wel oog voor het belang van de ander.

Deze stijlen kun je leren, en toepassen in situaties die daarom vragen.

Gedachten lezen, de toekomst…

In de Groene Amsterdammer stond een artikel van Malou van Hintum over gedachten lezen. Gedachten lezen lijkt steeds dichterbij te komen.
Het begint met onze hang naar gemak. Op afstand dingen aan en uit kunnen zetten. Op weg naar huis de wasmachine of de verwarming aanzetten, is praktisch. Wasmachines moeten dus ook smart zijn. We lezen boeken, luisteren muziek en kijken films via een app, Veel persoonlijke informatie ligt hierdoor voor het grijpen en daar kan nu al veel mee gedaan worden, door goed- en kwaadwillenden.

Met al die digitale informatie is het al mogelijk ons gedrag te voorspellen en te beïnvloeden. Kijk maar naar de reclames die je krijgt voorgeschoteld: maatwerk. Als je zoekfuncties gebruikt van bekende zoekmachines, liggen de voorgestelde pagina’s in lijn met jouw eerdere zoekverleden.
De informatie die verkregen wordt via apps, wordt ook steeds specifieker en persoonlijker. Er bestaan al vele apps die met je gezondheid te maken hebben, zoals stappentellers. Deze kun je verbinden met een app die de gegevens voor je bijhoudt.

Experimenten

Gedachten kunnen lezen, dat lijkt toch echt iets anders, maar in de medische wereld worden nu al allerlei experimenten gedaan. Het zal nog wel even duren voor we elkaars gedachten kunnen lezen, maar het komt er misschien aan. Ik kan me niet zo goed voorstellen hoe dat dan gaat…

Zou je nog kunnen liegen als je gedachten te lezen zijn voor anderen? Zo niet, is dat wel even wennen, want volgens Dan Ariely, hoogleraar Duke University, liegen we allemaal. Vaak gaat het om onschuldige leugentjes, de zogenaamde leugentjes om bestwil, vaak om niet te kwetsen of uit angst dat iemand boos wordt. Het liegen voor eigen gewin, kun je misschien adequater aanpakken.

Stilte wordt het alternatief?

Als je de gedachten van iemand anders kunt lezen, kunnen we misschien ophouden met praten. Dat is bijna niet voorstellen. Zijn we dan de hele dag aan het lezen en leven we verder in relatieve stilte?
En wat betekent gedachten lezen voor onze non-verbale communicatie, toch ongeveer 80% van onze communicatie. Gebruiken we dat nog? Dat wordt moeilijk. Emoties verschijnen en verdwijnen heel snel van je gezicht. Past de gezichtsuitdrukking bij de gedachten die je leest of niet? Hoe kom je daar achter?
Wie bepaalt het tempo van de communicatie, de lezer of de denker?

Hoe zullen onze ruzies er uit zien? Hoe voeren we intieme gesprekken? Kunnen we nog als vanouds lol maken? Wordt alles anders of blijft veel toch hetzelfde? De ontwikkelingen gaan allemaal heel snel. Waarschijnlijk is het lezen van gedachten sneller mogelijk dan we ons nu kunnen voorstellen. Maar voordat we elkaars gedachtes kunnen lezen moet er nog wel iets gebeuren. Hopelijk kunnen we er heel geleidelijk aan wennen.
Of zal uiteindelijk blijken dat gedachten lezen nooit een van onze vaardigheden wordt?

Anticiperen? Liever niet.

Een paar dagen geleden zag ik een filmpje over beroemdheden en meditatie. De meeste beroemdheden vertelden dat het ze rust of energie bracht.
Mediteren heeft mij ook rust gebracht, maar de reden dat ik mediteer is om meer inzicht te krijgen. Daarnaast kan ik door al die oefening in aandacht, mijn aandacht in het dagelijkse leven beter focussen. Iets dat ik als coach en mediator goed kan gebruiken.

Vipassana Meditatie

Vipassana meditatie is een vorm van inzichtsmeditatie. Tijdens de beoefening kijk je naar wat er op dit moment is: je gaat zitten en je let op wat er komt. Mediteren is eigenlijk ‘zijn bij wat er is’. Je mediteert (bent opmerkzaam) als je je bewust bent van wat er nu is. Dit kan van alles zijn. De bedoeling van meditatie is niet een leeg hoofd hebben, maar zien wat er is. En er is altijd wel iets: gedachten, emoties of zintuiglijke prikkelingen. Wat er is maakt niet uit, maar kijk er naar en benoem wat er is. Zijn er gedachten? Is er pijn? Is er vreugde? Zijn er spanningen? Is er verdriet?  En dan verder: Als er spanning is. Hoe voelt die spanning precies? Prettig of onprettig of gewoon neutraal?  Is het warm of koud, hard of zacht? Hoe voelt het?

Anticiperen…

Jeuk is een lastig object. Als je in het dagelijks leven maar ergens een beetje jeuk voelt opkomen, ben je, voordat je het weet, al aan het krabbelen op die plek.
Als je mediteert, kan jeuk zich ook aandienen. Alleen tijdens de meditatie zit je stil, waardoor krabbelen lastig wordt. Dit brengt spanning met zich mee. Je gaat anticiperen op wat er gaat komen. Dit kan maken dat je bang wordt dat de jeuk (veel) erger wordt. Zo erg, dat je het niet meer kunt dragen. Kortom: je hebt last van anticiperende gedachtes en gevoelens die voor een averechtse invloed kunnen zorgen.. De weerstand of angst kan de jeuk namelijk verergeren.

Terwijl, als het lukt om je te richten op de jeuk en niet te anticiperen op wat er straks misschien komt, de jeuk meestal vanzelf verandert en ook ophoudt. Daar hoef je niets voor te doen. Objecten, zoals jeuk, komen en gaan. Alles is vergankelijk.

Inzicht

Jeuk was mijn eerste ervaring tijdens het mediteren, waarbij ik de invloed van mijn gedachtes en mijn gevoel over een object goed kon zien en ervaren. Het heeft mijn perceptie op controle beïnvloedt en mijn behoefte aan controle een stukje kleiner gemaakt.
Dit bracht rust met zich mee.

Meer weten? Klik hier voor informatie over meditatiecentra in Nederland

Geven maakt gelukkig….

Het Ik-volk

Het Ik-volk in Afrika, zo gaat het verhaal, houdt heel nauwkeurig wederzijdse diensten bij. Als iemand daar iets doet voor een ander, dan wordt dit genoteerd en dit leidt tot verplichtingen voor de ontvanger.
Of deze nu wil of niet.
Een lid van het Ik-volk kan nietsvermoedend thuiskomen en geconfronteerd worden met iemand die zijn dak aan het repareren is.  Dan staat een ding vast: als het dak is gerepareerd, dan is hij of zij de reparateur een wederdienst verschuldigd.
Sterker nog, het kan ook zijn dat hij of zij thuiskomt en vijf mensen op het dak aan het werk ziet. Ook aan deze vijf mensen is een wederdienst verschuldigd. Zelfs als het dak alsnog of onder druk van die vijf reparateurs instort.

Het verhaal doet vermoeden dat het bij het Ik-volk meer draait om het krijgen dan om het geven.
In onze maatschappij is ‘voor wat, hoort wat’ ook een waarde, net als bij het Ik-volk. Alleen maar geven en niets terugverwachten past hier eigenlijk ook niet. We worden opgevoed met het idee dat je voor jezelf moet opkomen en niet over je heen mag laten lopen. Eigenlijk best heel jammer, want belangeloos geven maakt wel gelukkig!

Geven maakt wel gelukkig…

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat je gelukkiger wordt van belangeloos geven. Het kopen van een cadeautje voor een ander maakt gelukkiger dan een cadeautje voor jezelf.
Iets betekenen voor iemand, maakt gelukkig.
Natuurlijk moet je wel aan jezelf denken en voor je zelf zorgen, maar als je geeft wat je wilt geven, rekening houdend met wat je kunt missen, kom je niet in de problemen.

Er kan wel iets anders misgaan…

Belangeloos geven kan in onze maatschappij lastig zijn. Ergens kan er een moment komen dat het ergens gaat knagen, dat je het idee hebt dat jij meer doet voor de ander dan andersom. Misschien vraag je je af of je wordt gebruikt.
In dit soort situaties kun je je gevoelens gaan projecteren op die ander, een valkuil waar we met zijn allen snel, en misschien ook wel heel graag, in kunnen vallen.

Hieronder een paar vragen voor als er iets bij jou knaagt en je projectie wilt voorkomen. Je kunt je dan, bijvoorbeeld, afvragen:

  • of het principe ‘voor wat, hoort wat’ een rol speelt.
    Ben je boos of bang dat je over je heen laat lopen?
  • wat je verwachtingen waren?
    Speelde het verlangen om gezien te worden, om erkenning te krijgen een rol?
  • of er een andere verklaring denkbaar is voor dat ‘knagen’? Kan het zijn dat de gevoelens opkomen om een andere reden?

Op zoek naar jezelf… Nee, toch?

Als mensen op zoek gaan naar zichzelf of zichzelf hebben gevonden. Wat zeggen ze dan eigenlijk? Waar gaan ze naar op zoek? Wat verwachten ze te vinden? Wat hebben ze gevonden op het moment dat ze zichzelf [weer] zijn?
Is er ooit een moment dat je jezelf wordt? Ben je dat niet altijd al?
Is het niet gewoon zo, dat we allemaal een aantal kanten hebben waar we niet of minder trots op zijn?
Is het niet een beetje raar om dan te zeggen dat je je zelf niet bent of je jezelf daar niet in herkent?
Ben je alleen jezelf als je wel adequaat reageert? Herken je jezelf dan wel?

Wat verwacht je te vinden als je op zoek gaat naar jezelf? Iemand die je altijd kunt bewonderen of iemand die altijd goede beslissingen neemt? Iemand die nooit over zich heen laat lopen, maar altijd voor zichzelf opkomt?
We zijn gewoon onszelf, of we willen of niet. De ene periode vinden we onszelf leuker dan de andere. En soms is er een situatie waarin we ons gedragen op een manier die we niet kenden. Na dat moment zijn we dus een stukje wijzer.

Stop met zoeken naar je (authentieke) zelf!

Besef dat gedrag (of jouw kijk hierop) niet onveranderlijk is. Kijk niet terug op je leven met de gedachte dat je de helft van de tijd niet jezelf bent geweest. Dat is zo triest.
Naar jezelf hoef je niet te zoeken. Dat is winst. Als je toch een onbedwingbare neiging krijgt naar jezelf op zoek te gaan, gedraag je je waarschijnlijk op een manier die jou niet bevalt. Kijk daar naar. Verander, laat los of accepteer. Doe dit met of zonder hulp. Maar, alsjeblieft, ga niet op zoek naar jezelf.

Je gedrag onder ogen zien en kijken of je daar iets mee kunt, is altijd te prefereren.
Het onder ogen zien van kanten van jezelf die je niet of minder bevallen vereist moed. Het veranderproces, dat volgt, vereist inzet en geduld.
Als je dat proces volbrengt, kun je daar met recht trots op zijn. Heel trots!

Moffel dat niet weg door te beweren dat jij dat niet was!

Ontwikkeling of escalatie!

‘Zetelroof hoort bij ons politieke stelsel’, kopte de Volkskrant vanochtend. De titel trok mijn aandacht omdat ‘zetelroof’ geen woord is dat snel bij mij opkomt als ik denk aan ons democratische stelsel. Het was wel duideljk waarop gedoeld werd. De laatste van een rij politici, die zich afsplitste en een partij oprichtte, is een paar weken geleden uit de PvdA gestapt.

Geerten Waling schreef het artikel voor de Volkskrant omdat morgen een wetswijziging wordt behandeld waardoor fractieafsplitsingen kunnen worden afgestraft. Deze afstraffing bestaat uit korting van hun budget, ondersteuning en spreektijd.

De argumenten voor zetelroof, volgens Waling, zijn dat de kiezer een mandaat afgeeft aan een individu en niet aan een partij. Daarnaast voorkomt fractieafsplitsing dat de partijleiding alle interne kritiek kan smoren. Als laatste is zetelroof, volgens Waling, een sleutel tot partijvernieuwing. Doordat mensen zich af kunnen splitsen, krijgen partijen de ruimte om zichzelf te ontwikkelen en de afvallers een kans om in een, eigen, nieuwe partij meer recht te doen aan hun ambities en idealen.

Ontwikkeling door middel van afsplitsing? Afsplitsing betekent toch dat het conflict is geëscaleerd…
Toegegeven: er zijn situaties waarin de verschillen te groot zijn om nog verder te kunnen. Dan besluit je uit elkaar te gaan en maak je daarover afspraken. Afspraken waar beide partijen mee kunnen leven. Zetelroof is geen afspraak. Zetelroof betekent een escalatie van het conflict, en dat mogen beide partijen zich aantrekken.

Een conflict is nodig om te ontwikkelen. Mensen (of partijen) ontwikkelen zich niet als daar geen aanleiding voor is. Er moet ergens een signaal van onvrede zijn en dit signaal moet worden opgemerkt en aangegaan.
Van politici mag je verwachten dat ze, met respect voor elkaar, het conflict aangaan, en zo escalatie voorkomen. Dat is zo’n beetje hun vak.

Een conflict maakt dat er ruimte kan ontstaan voor nieuwe ideeën. Een goede conflictaanpak betekent dat mensen de ruimte voelen om zich uit te spreken, waardoor deze nieuwe ideeën ook een kans krijgen.
Conflictescalatie maakt dat mensen zich onveilig gaan voelen waardoor ze zich juist minder zullen uitspreken. Dit belemmert de ontwikkeling.

Zetelroof past niet bij een democratie.

Omgaan met conflicten past bij een democratie!

Welke stijl heb jij?

Al heel vroeg leer je met conflicten omgaan. De meeste kinderen leren binnen het gezin waarin ze opgroeien hoe ze met een conflict om moeten gaan. Deze stijl past binnen het gezin. Deze stijl is jouw stijl en je denkt hier meestal niet meer over na. De manier waarop je met conflicten omgaat is vaak afhankelijk van wat je als klein kind leert. Dit is reden zijn je eigen stijl weer eens onder de loep te nemen, toch?

De vier conflicthanteringsstijlen van Hugo Prein zijn forceren, confronteren, ontlopen en toedekken. Hieronder een toelichting bij de vier stijlen.

  • Forceren: je hebt weinig aandacht voor de relatie en veel aandacht voor je belangen.
  • Confronteren: je hebt aandacht voor de relatie envoor je belangen.
  • Ontlopen: je hebt weinig aandacht voor de relatie en weinig aandacht voor je belangen.
  • Toedekker: je hebt veel aandacht voor de relatie en weinig aandacht voor je belagen.

Welke stijl past het meest bij jou? Richt jij je meer op belangen of meer op de relatie?  Zonder te beweren dat het ene beter is dan het ander.

De stijl die je je ooit eigen hebt gemaakt, is de stijl die je nu bij jezelf vindt passen.
Dat is jammer want verschillende situaties verdienen een verschillende aanpak. Conflictstijlen zijn te leren en in verschillende situaties in te zetten. Het begint bij je te realiseren dat er verschillende stijlen zijn voor verschillende situaties.

Welke belangen spelen er? Hoe belangrijk is de relatie?
Wanneer een telefonisch verkoper een praatje begint, hoeft de relatie geen prioriteit te krijgen. Wanneer je partner ergens over begint, is de relatie wel van belang.

Het is handig om de verschillende stijlen onder de knie te krijgen. Alle stijlen hebben voor- en nadelen. De een is niet beter dan de ander.

Weet je niet zeker welke stijl bij jou past? Doe de test op: www.123test.nl/conflict/

Zie ik het goed?

Laatst was ik op een bijeenkomst van transformatief mediators. Daar kregen we de opdracht om in tweetallen een oefening te doen.

Ik had hiervoor mijn bril nodig en even later was ik dan ook driftig op zoek naar mijn leesbril. Mijn oefenpartner, zei tegen mij dat hij ook ooit een bril had gehad maar dat hij nu weer goed kon lezen zonder. Ik keek hem een beetje ongelovig aan en reageerde niet meteen. Bril gevonden, dus aan de slag met de oefening. Toen we klaar waren vroeg ik
hem wat hij precies bedoelde met oefeningen en geen bril meer nodig hebben. Hij legde uit dat er oefeningen zijn waardoor je zicht weer scherper wordt. Ik moest het maar eens googelen. Ik geloofde er niet veel van, want mijn aanname was dat minder scherp zien nu eenmaal een irritant, maar onoverkomelijk gevolg was van ouder worden…

De Batesmethode

Ik had er verder dus geen tijd een aandacht aan besteed en een paar weken later zat ik in mijn werkkamer en kon iets niet lezen. Ik zocht naar mijn bril maar deze lag in de andere kamer. Geïrriteerd stond ik op en tijdens het lopen dacht ik opeens weer aan het gesprek over de oefeningen en ben gaan googelen. Ik vond verschillende websites die het hadden over de Batesmethode. Ik kon een aantal oefeningen vinden en ben deze gaan doen. Ik ben niet iemand die consequent iedere dag oefeningen doet. Ik doe een paar oefeningen op het moment dat ik merk dat mijn zicht minder scherp wordt. De rest doe ik in de wetenschap dat mijn aanname niet klopte. Een leesbril is helemaal niet onlosmakelijk verbonden met ouder worden. Dit is voor mij al zoveel helpend dat ik mijn bril bijna niet meer gebruik.

Het is bevrijdend om weer zonder bril te kunnen lezen. Het loslaten van mijn aanname heeft mijn zicht een stuk scherper gemaakt.

Welke aanname gooi jij het liefst vandaag nog over boord?

Een conflict? Je bent vast niet de enige!

7 miljard mensen en een groot deel hiervan is, via sociale media, met elkaar in contact… Veel mensen, veel mogelijke gezichtspunten!
Van steen zouden we allemaal dezelfde kant op blijven kijken, en hetzelfde zien en denken. Gelukkig zijn we niet van steen, maar zijn we in staat om oneindig veel verschillende verhalen te zien, te bedenken en te vertellen.
De andere kant van deze rijkdom is dat er conflicten op de loer liggen!

Met al die verschillende mensen en hun belangen kun je simpelweg niet altijd rekening houden. Zelfs als je dit #1 van je prioriteitenlijstje maakt, is dit voor de meeste mensen een onmogelijke opgave. Ook de snelheid van de wereld waarin we vandaag de dag leven, speelt een rol. We worden geacht steeds sneller te reageren, waardoor we soms te snel reageren…met als gevolg een ruzie of een conflict.

Falen?

We schamen of voelen ons vaak schuldig als we een conflict hebben met iemand. We associëren het met falen of controleverlies. En dat is best raar als je je bedenkt dat het onmogelijk is om het altijd eens te zijn met een ander. Het conflict is onderdeel van ons leven. Net als fouten maken. We hebben het liever niet, maar we doen het allemaal.
Het conflict zelf is vaak ook niet het grootste probleem. Dat is meestal de manier waarop we met het conflict omgaan.

Hoe gedraag jij je in een conflict?

Mijd je de ander? Verhef je je stem? Word je agressief? Doe je net alsof er niets aan de hand is? Maak je het groter dan het is, of juist kleiner? Wat voor gedragingen laat jij zien als je in conflict bent met iemand en vind je dat oké? Of gaat het eigenlijk iets te ver? Hoe voorkom je dat?

Hoe wil je een eind maken aan het conflict?

Wil je het conflict in goed overleg oplossen? Dan kun je denken aan mediation
Wil je het conflict gebruiken om de conflictvaardigheid te verbeteren, zodat je een volgende keer op een andere manier met een conflict kunt omgaan? Dan is Conflictcoaching of Transformatieve Mediation iets voor jou.
Wil je iemand anders laten beslissen? Dan kom je terecht bij een Rechter of Arbiter.

Praten met degene waarmee je een conflict hebt, vergt een behoorlijke dosis lef. Dus mocht je (conflict)coaching of mediation overwegen: Chapeau!